HOORT




HOORT

Hoort hoe die twee waterleikes,
   vluchtig vlietende onder 't gers,
over zand en over keikes
   nooit van loopen 'n zijn te wers:
hobbel-dobbel-drets- en drevelend,
krinkele winkele wel, al krevelen,
   nu alhier en dan aldaar,
   loopen ze ... ai 'k en weet nie' waar.

Nauwlijks eerst een duimke diepe,
   nieuw geboren onder 't zand,
worden z'haast een zelver striepken
   half zoo breed als heel mijn hand:
rimpel-dimpel-donkel-dansend,
uit ende in malkaar gekranseld,
   nu alhier en dan aldaar,
   loopen ze ... ai 'k en weet nie' waar.

                                      1858-1877 (?)


Guido Gezelle, Guido Gezelle's Dichtwerken (in twee delen), Derde druk, Amsterdam, L.J.Veen, (geen jaartal eerste druk 1943), I,  p.399

Reacties

Niet meer elke dag. Maar zo, om de twee dagen dan maar, is ook nog goed en behoedt (ons van overdosis en dito vloed
Dirk Vekemans zei…
joa, na mijn dood doet een AGI dit werk, die zal geen dag mankeren, voorlopig zal het je nog met dit oude kletterhandje moeten doen, en die laat het dus soms wel 's afweten è
Dirk Vekemans zei…
ha, mijn echte naam verschijnt hier nu ook, zie ik, een gevolg van het opdoeken van die Google+ show nog...

Populaire posts