OUD GEREEDSCHAP MENSHEID MOE (3/18)

312 - "kners" - Collage - A4




HET ZOUTVAT

De berkenboom waait in de wind, zo lang.
Al jarenlang een tak er afgehakt, een arm.

Binnengedragen in de hoeve werd de tak vat
voor zout. Op de rode keldervloer stond dat.

Door t kelderraam zag je de bladeren
van de berkenboom wuiven en niet naderen.

Er stond een monogram gesneden in t vat
dat zwart werd: nat zout maakt wit hout zwart.

Zo hoog de berk opgroeide schrompelde het vat.
Krommeer en krommer werd het lelijk als de nacht.

Dat is zoals het vaten gaat. Handenvol zout
strooide het dienstbaar vat en het werd oud.

Op een dag opent het kelderraam met een kners
en na de bijlslag sterft het zoutvat bij de berk.

Ligt in de schaduw van het waaien, dat zoutvat.
En niemand niemand, jij noch ik, weet dat.


H.H. ter BalktHee Hoor Mij Ho Simultaan op de Brandtorens. Verzamelde Gedichten, ISBN 978 90 234 7498 2, blz 528


Reacties

Populaire posts