legenden (6/8)
![]() |
235 - "henneptouw" - Collage - A4 |
Ik geloof niet in de mens
die goed is
ik geloof in de mens zoals hij moordt en niet moordt
zoals hij liefheeft en als een kind de duisternis
tuchtigt met schemer
zoals de rechter de moordenaar straft
en onder zijn zwarte jas een wit lichaam laat strelen
door een blinde bruid
zoals de nek van de moordenaar breekbaar is
als die van zijn slachtoffer
zoals dus de rechter de moordenaar in feite niet styraft
maar het slachtoffer looit tot wetboek
verdampt totwijwater
uitrekt tot henneptouw
geloof ik in de mens als in een waar verhaal
en zo blijft het: verboden of
verplichte wandelingen in het volkspark,
rollende muntstukken met slechts twee zijden
plus het volstrekt onmenselijk randschrift
voor de gemoedsrust van het onmogelijk toeval
o spreek mij niet tegen, bederf
geen woorden, verkoop geen brood
aan de bakker, zeg niet de doder
zo lang tevoren de dood aan
dat is te menselijk
Gerrit Kouwenaar, Gedichten 1948-1978, ISBN 9021471434, p.193
Reacties