de poorten
langs alle poorten dansen de droevige bladeren
vreugde is om vuren in de verte maar oude
handen bewegen in de monden de harten en de dansen
donker verdringen het licht met het lichaam
daarom oh grote gebaren daarom
ga naar de grotten daar zwijgen en de
verlamde lippen met grotere wonden warmen
en soms opzien de gespierde zon
zien stijgen en juichen of de ranke
maan naar de ruisende twijgen duiken
dan denken daar samen gaan
van de wil en de wanhoop de grote gedachten
maar steeds eenzaam de geopende is
open voor zijn doden open voor zijn dood
en de dingen die hij dicht: de boom het brood
de eenvoudige bruggen en wolken sluiten
hem buiten met hun weerloos licht
zij zijn innig verbonden en in evenwicht
Lucebert, Verzamelde Gedichten, ISBN 90 234 0260 x, p.196
vreugde is om vuren in de verte maar oude
handen bewegen in de monden de harten en de dansen
donker verdringen het licht met het lichaam
daarom oh grote gebaren daarom
ga naar de grotten daar zwijgen en de
verlamde lippen met grotere wonden warmen
en soms opzien de gespierde zon
zien stijgen en juichen of de ranke
maan naar de ruisende twijgen duiken
dan denken daar samen gaan
van de wil en de wanhoop de grote gedachten
maar steeds eenzaam de geopende is
open voor zijn doden open voor zijn dood
en de dingen die hij dicht: de boom het brood
de eenvoudige bruggen en wolken sluiten
hem buiten met hun weerloos licht
zij zijn innig verbonden en in evenwicht
Lucebert, Verzamelde Gedichten, ISBN 90 234 0260 x, p.196
Reacties